Gezond studeren
Robin Croes, 21, is assistent-voorzitter van het bestuur van de Eurekaweek. Hij hielp mee met het samenstellen van het programma en is tijdens de week verantwoordelijk voor de veiligheid. De Eurekaweek, die op 15 augustus van start ging, is weer als vanouds, dat wil zeggen, zoals deze was voor de corona periode. Vier dagen vol evenementen en activiteiten waarin meer dan 4000 eerstejaars studenten de universiteitsstad Rotterdam kunnen ontdekken. Toch is in de afgelopen twee jaar gebleken dat studeren een grimmige aangelegenheid kan worden als je dit alleen moet doen. Robin vertelt over het belang van de week, als een gezond begin van een bijzondere tijd.
Zelfontplooiing
Robin volgt drie bachelor studies aan de Erasmus Universiteit, gericht op bedrijfskunde, rechtsgeleerdheid en fiscaal recht. Het meedoen met de organisatie van de Eurekaweek is voor hem een mogelijkheid om in zijn studierichting ervaring op te doen.
‘Wat ik met mijn studie wil is een organisatie sturen en wat mij ook trekt is ondernemerschap. Iets waarbij ik impact kan hebben en waarbij ik iets goeds kan doen. A force for positive change, dat is ook het motto van de faculteit waar ik studeer en wordt tevens uitgedragen door de Honeursvereniging waarbij ik in het bestuur zit.’
‘Het doel van deze vereniging is om studenten die zich interdisciplinair willen ontwikkelen samen te brengen bij lezingen en workshops en hen in contact te brengen met mogelijke werkgevers. Dit is in aanvulling op het Honours Programme van de Erasmus Universiteit, dat studenten kunnen volgen indien zij op een bepaald minimum cijfer staan. Hierbij verdiepen de studenten zich verder in hun studie en studeren ze onderwerpen buiten de eigen studiekeuze om. Wat ik wil is mensen ruimte te geven, zodat ze hun doelen kunnen ontwikkelen en najagen.’
Als ik hem vraag naar een eigen specifiek doel of een concreet voorbeeld van een beroep waarbij je jonge mensen in staat stelt zichzelf te ontwikkelen, geeft hij zijn ouders als voorbeeld.
‘Ik groeide op in een arbeidersgezin in Brielle. Mijn vader is elektricien, mijn moeder peuterjuf. Mijn ouders hebben bepaalde offers gebracht, hard gewerkt, om het voor mij en mijn tweelingbroer mogelijk te maken te gaan studeren. Toch hebben ze ons volledig vrijgelaten om dit te doen. Er lag geen druk op, maar ik kreeg de mogelijkheid mijzelf te ontplooien.’
Mentaal herstel
De Eurekaweek is eigenlijk een belangrijke eerste aanzet om op een positieve manier te kunnen studeren.
‘Toen ik ging studeren was er één dag van de Eurekaweek dat wij, als eerstejaars studenten, fysiek bij elkaar konden zijn. Daar ben ik nog steeds dankbaar voor. Want op die dag leerde ik een paar mensen kennen waar ik nu nog bevriend mee ben. Als je gaat studeren in een nieuwe stad is dat niet een nieuw hoofdstuk, maar een nieuw boek dat je openslaat. In die nieuwe fase van je leven is het mogelijk dat je op een gegeven moment door de bomen het bos niet meer ziet. Dan besef je dat studeren iets is dat je samen doet. Dat je met elkaar kunt sparren, kunt meedenken over knelpunten. We begeleiden elkaar en stellen met elkaar doelen.’
‘Het bestuur van de Eurekaweek schenkt specifiek aandacht aan het sociale aspect van de week en aan de mentale gezondheid van de student. Zo zijn er bijvoorbeeld wellbeing corners, met informatie over mentale gezondheid. Of we hebben een app, die een signaal afgeeft: als je nu gaat rusten, heb je nog 8 uur slaap. We proberen deze boodschap over te brengen: geniet van je week, die is zo voorbij, en als je uitgerust bent, heb je er meer aan.’
Dat er sprake is van een stijgend percentage jongeren van 12 tot 25 jaar met psychische problemen, blijkt uit de gezondheidsenquête uitgevoerd door het Centraal Bureau voor de Statistiek. In 2021 kampte 18 procent van de 12- tot 25-jarigen met klachten zoals depressie en somberheid. Psycholoog en hoogleraar Eveline Crone, verbonden aan de Erasmus Universiteit, bevestigt deze trend, op basis van onderzoek voor de universiteit, in een artikel in de Telegraaf van vrijdag 3 juni jl.
Hoewel de CBS-cijfers geen directe relatie kunnen laten zien tussen de verslechterde mentale gezondheid en de coronapandemie, is die er volgens Crone wel degelijk: ‘Een gedeelte van de jongeren is kwetsbaar voor mentale stoornissen, dat is altijd zo geweest en dat blijft waarschijnlijk ook zo. Maar we zien dat er beduidend meer jongeren tijdens de coronajaren in een mentale crisis zijn beland.’
De lockdowns
Volgens Robin is de impact van de lockdowns op jongeren nog steeds zichtbaar. ‘Voor studenten onstonden de problemen doordat ze via zoom moesten studeren. ‘Het is moeilijk om vrienden te maken via zoom. Studenten gingen lijden aan imposter syndrome (bang om door de mand te vallen), ze voelden zich niet opgewassen tegen de zakelijke, professionele sfeer die ontstond en de indruk dat studeren een kwestie is van ambitie en academisch succes. Terwijl, als je echt aanwezig kunt zijn op een college, dan kun je nog even blijven hangen na afloop, om te discussiëren. Je hebt een uitlaatklep nodig.’
Crone wijst er met name op dat het voor beleidsmakers belangrijk is in te zien dat het voor jongeren moeilijk is lange termijndoelen te stellen en dat het daarom belangrijk is dat ze betekenis en oplossingen kunnen blijven zien in datgene waar ze in het nu mee bezig zijn. (nationale wetenschapsagenda).
Er staat dus het een en ander op het spel de komende tijd. Kunnen studenten hun ongedwongen studentenleven weer oppakken en is het mogelijk om de abstractere langetermijndoelen te combineren met het sociale aspect van studeren? Volgens Robin is er in ieder geval geen reden voor een somber toekomstperspectief. Dit jaar zal hij worden bijgestaan door zijn tweelingbroer, die zich via vmbo, mbo en hbo omhoog heeft geworsteld en nu klaar is voor een studie in Rotterdam. Na dit interview voor De Ster en nog even voor de start van de Eurekaweek, haastte Robin zich naar zijn vakantieadres op Rhodos, om van zijn 8 uur slaap per nacht te kunnen genieten.
Joris Zee
Meld u aan voor De Ster nieuwsbrief (U ontvangt een bevestigingsmail)
recent commentaar