Het vuur! Overal vuur!
Vluchtende mensen,
knielende nonnen in het bos:
De stad is van vuur,
hels, hemelend, laagvliegende
Heinkels, ondraaglijke stank.
Wanhopige soldaten schieten
op de monsters in de lucht.
Op het Jaffaland
de jongen met de broodtrommel.
Een kleine bange jongen.
Er wordt een kind geboren,
de verbijstering baart een kind!
Hitte! Alles verstikkende hitte,
brullend, loeiend, gierend!
In een laaie gloed!
Maar de wind draait.
De Oudedijk blijft staan,
de Vlietlaan, de Goudse Rijweg.
Asregen in de avond.
De ruimte hijgt, maar de mensen
zijn stil in de Kralingerhout.
Gelaten, ontzet,
beduusd, verdwaasd!
Joop van den Bos
foto: wikimedia
recent commentaar