Overmorgen zal het heerlijk avondje weer komen,’t avondje van u weet wel. Ieder jaar is daarover meer rumpus [= rumoer, reuring, consternatie, opwinding. Red.], en zeker dit jaar is die rumpus aanleiding genoeg om twee dagen van tevoren alvast nog eens terug te kijken.
Erg moeilijk is dat niet, want de voorbereidingen voor dit immense Nederlandse volksfeest zijn al vele weken geleden begonnen. Maar ik heb wel de embarras du choix, de verlegenheid van de overweldigende veelheid van thema’s waaruit ik moet kiezen. Ik kies een hoofdartikel van NRC Handelsblad van ergens in oktober. Het ging over Sinterklaas, en opende met een verrassende mededeling. ‘Ondanks de ontkerkelijking is Nederland gelukkig nog altijd een land van gelovigen’.
Dat suggereert een commentaar over religie en zo, en dat was verrassend, want de kop boven het artikel luidde ‘Daar wordt aan de deur geklopt’, dus er kon geen enkel misverstand over zijn: dit ging echt over Sinterklaas. Hoe kwam de, toch uitgesproken heidense NRC-redactie ertoe zo uitdrukkelijk de verbinding te leggen tussen religie en deze bij ons weergaloos populaire maar alleen in naam nog vaag aan religie, kerk en geloof gekoppelde ‘goedheiligman’?
Ik bleek me vergist te hebben. Het artikel ging helemaal niet over religie, kerk en geloof. De tweede zin maakte dat meteen heel duidelijk. ‘Het geloof in Sinterklaas wordt massaal gevierd, met overgave en ook met vrolijkheid’, begon het. ‘Dat moet zo blijven, want het Sinterklaasfeest is een van de mooiste Nederlandse tradities, en zeker een van de feestelijkste.’ En uit de zin die dáárop volgde, bleek helemaal overduidelijk de redactionele tournure [= zinswending, verandering van intentie. Red.]. ‘Die feestelijkheid is nu in het geding’, constateerde de redactie met mooi gevoel voor understatement. ‘Nog voor de stoomboot zelfs maar uit Spanje is vertrokken, laait met nieuwe hevigheid het debat op over de vraag of Zwarte Piet een racistisch stereotype is.’ (cursivering van mij, HV)
‘Nieuwe hevigheid’: die houden we erin. Dat is raak getypeerd. Het debat zelf is zo oud en belegen als ‘t maar kan; maar de hevigheid is splinternieuw. Nu bemoeit ook de internationale politiek zich ermee. Die internationale politieke bemoeienis is intussen wat op de achtergrond geraakt, maar de filosoof en de historicus in mij vinden het zó mooi, dat ik het hier aan de vergetelheid wil ontrukken en het verhaal nog even navertel.
In de laatste week van oktober gingen in de Verenigde Naties stemmen op om een regiment blauwgehelmde dragonders, natuurlijk bij voorkeur afkomstig uit een Afrikaans land, naar Nederland te sturen om ons mores te leren. ‘Een VN-commissie gaat zich in november over het kinderfeest buigen om te zien of het niet racistisch is,’ meldde NRC Handelsblad van 23 oktober. ‘Een van de leden van die commissie, de Jamaicaanse hoogleraar Verene Shepherd (zie afbeelding), … vindt op voorhand dat de Sinterklaastraditie “een terugkeer naar de slavernij” is, die de Nederlandse regering dus moet afschaffen’.
Dat was nog eens nieuws! Bij de inhuldiging van Koningin Wilhelmina in 1898 wenste regentes Emma dat Nederland groot zou zijn in alle dingen waarin een klein volk dat kan zijn. Hier werd haar wens verhoord!
Kortom, Sinterklaas en Zwarte Piet zorgden weer voor rumpus, en ik heb geleerd dat ‘rumpus’ een geschikte vakterm is voor een debat over een oude zaak dat met ‘nieuwe hevigheid’ wordt gevoerd. ‘Sinterklaas is geen onbenulligheid, Zwarte Piet is geen onbenulligheid en de gevoelens die zij losmaken, zijn dat evenmin’, concludeerde NRC Handelsblad. Volgend jaar om deze tijd gaan we verder.
Hugo Verbrugh
Even een kleine aanvulling: in mijn verbeelding zag ik, toen ik twee maanden geleden begon aan dit stukje, hoe die blauwhelmen aan de grens verwelkomd zouden kunnen worden door Ombudsman Brenninkmeijer die net in die tijd half Nederland tegen zich kreeg door zijn instemmende reactie op een rapport van de commissie tegen racisme en intolerantie van de Raad van Europa. Ik citeer uit de Volkskrant van 13 oktober: ‘Het politieke tij in Nederland is racistisch’, aldus Brenninkmeijer. ‘Dan heb ik het niet over één partij maar over de stemming in Den Haag. Die is tegen buitenlanders.’ Volgens de ombudsman is de racistische houding in Nederland gemeengoed geworden en zijn politieke partijen vaak wars van kritiek daarop. ‘De politiek voelt zich ongenaakbaar. De indruk ontstaat dat de sfeer in Den Haag er een is van “anything goes”. Kritiek wordt niet aanvaard.’ Volgens Brenninkmeijer is het tijd voor reflectie en moet de politiek daarin het voortouw nemen. ‘De regering moet goed nadenken waar we mee bezig zijn.’
NRC Handelsblad, 3 december: Piet ‘Blackface’ wekt woede Canadezen
Door onze correspondent | pagina 2 – 3
Montreal. De discussie over Zwarte Piet heeft ook Canada bereikt. Een Canadese politicus van Nederlandse afkomst heeft gisteren zijn excuses aangeboden nadat een foto van hem met Zwarte Piet rondging in de sociale media. De foto leidde tot woede en verontwaardiging onder Canadezen over de verschijning van ‘blackface’ – een karikatuur met een uiterst negatieve bijklank in Noord-Amerika.
Joachim Stroink, in september gekozen tot lid van de assemblee van de oostkustprovincie Nova Scotia in Halifax, zit op de foto lachend op schoot bij Zwarte Piet, tijdens een Sinterklaasviering van de Nederlandse gemeenschap, zondag.
Stroink verwijderde de foto snel, maar te laat, want een screen grab ervan leeft voort op internet, en maakte een storm van kritiek los. Een woordvoerder van de provincie-premier sprak van een „ernstige inschattingsfout”.
Canada, een land met immigratie uit alle delen van de wereld, is zeer gevoelig voor belediging van minderheidsgroepen. Eerder dit jaar was er enige discussie over de vraag of zwartgeschminkte gezichten aanvaardbaar zijn bij Halloween – het antwoord was nee.