Hij is dood, mijn mobieltje. Jarenlang heb ik hem aan mijn zijde gehad. Hij was bij heel veel leuke gesprekken, droevige gesprekken, hij was bij mijn woede uitbarstingen, bij mijn medeleven. Hij verzond mijn romantische zinnen en haalde mij op tijd uit bed. Hij zorgde ervoor dat ik sociaal niet in een isolement kwam. En nu, na zeker 9 jaar, is hij vermoord door mijn eigen vrouw, gevierendeeld, verzopen.

Hij zat in mijn joggingpak en na de totale wasbeurt vonden wij hem in 4 stukken in de trommel. Natuurlijk heb ik hem nog geprobeerd te reanimeren, want de eerste keer had hij het ook overleefd. Maar de eerste keer had hij maar heel even in de wasmachine gezeten. Hij bonkte toen zo hard tegen de trommel dat er hulp kwam opdagen. Toen lag hij niet in vier stukken. Toen deed hij, na een paar uurtjes in de zon te hebben gelegen, zijn ogen weer open en hebben wij nog jaren plezier van elkaar gehad.

Ook deze keer probeerden wij het weer met een zonnebad in de tuin en de föhn en het opladen van zijn batterij. Wonder boven wonder heeft hij de volgende dag toch nog een gesprek gevoerd met de huistelefoon, maar daarna sloot hij definitief de ogen. Ik ben naar de Kijkshop gegaan en heb voor 29,50 zijn broer gekocht, ook een Nokia. Thuis heb ik het hart uit de oude telefoon gehaald en ingeplant in de nieuwe, en ja hoor, ik had alle gegevens weer. Toen dacht ik ineens: ging het bij ons ook maar zo makkelijk. Wanneer je lichaam is gevierendeeld of versleten, dan zouden de doktoren je hersens in een totaal nieuw lichaam moeten kunnen zetten. Dan zou je weer 80 jaar mee kunnen gaan, maar dan met de wijsheid die je in al die jaren ervoor hebt verzameld. Heerlijk lijkt mij dat.

Jacques Beket

Telefoonmoord