Dit wordt een moeilijk stukje. Het gaat over Richard Wagner – veruit de meest omstreden componist ooit in de geschiedenis van de muziek. Ik zou daar uit mezelf nooit over beginnen, maar ik moet wel. ‘Wagner in Kralingen’ stond 14 mei in De Ster als kop boven het openingsartikel op de een [‘de een’ is de vakterm voor de eerste bladzij van een krant. Red.]. Die kop stond er in de meest vette letters ooit in de geschiedenis van De Ster. In een zeer klein corps stond er weliswaar, tussen haakjes cursief, nog onder ‘(ingezonden mededeling)’, dus de redactie van De Ster was slechts in afgeleide zin enigszins verantwoordelijk voor deze publicatie, en ik had dus kunnen doen alsof ik er niets mee te maken had, maar het kwaad was geschied. Wagner in Kralingen – ik moet er niet aan denken, maar nu het zó dichtbij komt, moet ik er wel aan denken.

Het probleem met dit stukje is een troebele mix met drie ingrediënten.

(1, objectief) Wagner is veruit de meest omstreden componist ooit in de geschiedenis van de muziek; daar zijn alle deskundigen het over eens. Helaas is er evenzeer consensus [= eenstemmigheid van oordeel onder alle deskundigen Red.] dat hij geniale vernieuwingen in de muziek heeft ingevoerd, zowel in muzikale als in artistieke zin.

(2, subjectief) Wagner is voor mij persoonlijk de meest onuitstaanbare ròt-componist die ik ken. Ik beleef zijn muziek altijd als vervelend, vaak veel erger dan dat. Ik zal uitleggen hoe dat komt. Ooit in mijn jonge jaren heb ik een blauwe maandag meegedaan aan een speciaal soort sensitivity training. Je kreeg dan quasi-meditatieve instructies van een soort goeroe in de trant van ‘doe je ogen dicht en concentreer je op je ademhaling’ enzovoort, en ik werd daar helemaal niet goed van want ik voelde bijna fysiek hoe die goeroe met zijn irritante stem via mijn oor bijna fysiek in mijn lichaam binnenkwam; en iets van diezelfde strekking maak ik vaak mee bij muziek van Wagner.

(3, intersubjectief) Wagner was de absolute muziekheld van het Derde Rijk. De aard van zijn muziek en van de dramatiek in zijn opera’s inspireerden Hitler in hoge mate in zijn criminele waanzin; Wagners uitdrukkelijke antisemitisme bevorderde dat uiteraard ook nog.

Maak maar eens chocola van deze mix … ; dat lukt natuurlijk niet.

Ik kan de muziek van Wagner niet los zien van de beelden van Bayreuth eind jaren dertig. Daar hadden bewonderaars van Wagner een ‘Feestspeelhuis’ gebouwd waar alleen werken van De Meester werden – en nog steeds worden – uitgevoerd. Elke zomer kwam Hitler daar zwijmelen, toegejuicht door Wagner’s schoondochter Winifred en tienduizenden andere Wagner- en nazi-fanaten. De beelden hiervan in een van de afleveringen van de serie ‘Hitlers Vrouwen’ van de documentaire- maker Guido Knopp over het nazisme zijn helemaal een eigentijdse variant van de zwarte horror van het type opera’s van Wagner waar ik niet goed van word.

Ik kan het althans niet anders beleven, en ik heb hierboven uitdrukkelijk gesteld dat dit een subjectief stukje zou worden, dus zeg ik het maar lekker zo als ik het voel.

Op dinsdag 25 juni staat Wagner centraal bij een concert in de Sint Lambertuskerk. Organist Henco de Berg improviseert op thema’s van de vier delen van ‘Der Ring des Nibelungen’. Voorafgaand aan het concert vindt een inleiding plaats door Menno Dekker, Wagnerdeskundige en lid van het Wagnergenootschap.

Wagner operas

Het plaatje bij dit stukje komt van www.wagneroperas.com

Hugo Verbrugh