Het zou een aardige multiple choice vraag kunnen zijn: welk begrip hoort in het bovenstaande rijtje niet thuis? Deze vraag is een variant van ‘Welk woord hoort niet thuis in het rijtje ‘ezel, haan, mol, vos’? Het correcte antwoord daarop gaf ik al in mijn column van 5 december 2016: desteronline.nl/vrijheid-en-regels-onderwijs-en-leren. De uitleg is: de medische faculteit in Rotterdam heeft in het verleden Dick de Haan, Han Moll en Otto Vos als decaan gehad, maar tot nu toe nooit een Ezel.
De jokkernij waar ik deze week mee open, is niet zo simpel. Ik kopieer van een site van RTL nieuws van 10 april over complottheorieën over het virus: ‘Mensen zoeken vijand om ramp te begrijpen’. Na brandstichtingen in buitenlandse zendmasten was het deze week ook in Nederland raak: twee zendmasten, in Liessel en Nuenen, stonden in brand. Mogelijk zijn de branden aangestoken door aanhangers van complottheorieën over 5G. Zij denken dat het coronavirus wordt veroorzaakt door het 5G-netwerk. Hoe komt het toch dat mensen dit soort complottheorieën geloven? Niet alleen in ons land zijn de afgelopen weken zendmasten in brand gestoken. In Groot-Brittannië deden telecommaatschappijen de oproep aan vandalen om te stoppen met het vernielen van zendmasten en te stoppen met verspreiden van complottheorieën over 5G. Ook YouTube probeert dit nepnieuws over de link tussen 5G en het coronavirus in te perken en verwijdert video’s die hiermee te maken hebben.
Volgens Stef Aupers, hoogleraar mediacultuur aan de KU in Leuven, zijn er talloze complottheorieën over het verband tussen 5G en het coronavirus. “De bekendste is dat het virus veroorzaakt is door 5G”, zegt hij “De straling van 5G zou je immuunsysteem kapotmaken, waardoor een gewone verkoudheid zich zou hebben ontwikkeld tot het coronavirus.” Volgens Aupers geloven mensen in complottheorieën omdat ze op die manier het onverklaarbare toch kunnen verklaren. “Het is een manier om een ingewikkelde of ingrijpende gebeurtenis te begrijpen. Het virus is ver weg in China ontstaan. Wij kunnen ons daar nauwelijks een voorstelling van maken.” Dus gaan mensen op zoek naar manieren waarop ze het wel kunnen begrijpen. “Wuhan is de eerste stad in China waar het 5G-netwerk werd ingezet. Omdat dit ook de plek is waar het virus is ontstaan, grijpen aanhangers dit aan als bewijs.” Ook al is de complottheorie angstaanjagend: mensen hebben volgens Aupers liever een vijand dan dat ze met een ramp moeten leven waar geen verklaring voor is. “Het geeft ons houvast.”
Het is een aannemelijk verhaal – alleen een beetje eenzijdig. Je gezonde verstand en je zintuigen goed gebruiken, dat wil zeggen zó dat je tot juiste oordelen komt, is soms moeilijk. De meest wonderlijke ontsporingen kunnen optreden. De volgende is waar gebeurd; ik heb het van de hoofdpersoon zelf gehoord. Een in Curaçao geboren en opgegroeide, naar Nederland gekomen student ziet hier pas voor het eerst in levenden lijve hoe mensen schaatsen. Hij had in Curaçao daarover gehoord en in boekjes gelezen over schaatsen, maar had zich, omdat het daar nooit vriest, niet echt kunnen voorstellen hoe dat gaat. Pas hier werd hij zich ervan bewust dat hij halfbewust destijds in Curaçao had aangenomen dat de Hollanders ijsblokjes uit het vriesvak van de ijskast halen, die blokjes op de grond leggen en daar dan op schaatsen. Hij had het eveneens half-bewust wel een vreemde manier van doen gevonden, maar ja – wat wil men…?
Ieder mens wil zich kunnen oriënteren in zijn omgeving. Hij wil ‘grip’ krijgen ‘op’ zijn omgeving door zich ‘begrip’ te vormen ‘van’ deze omgeving. Die neiging is wellicht zelfs in de evolutie uitgeselecteerd; wellicht overleven in de strijd om het bestaan alleen wezens die zich kunnen oriënteren in hun omgeving (voelt u de cirkelredenering?). Maar om je te kunnen oriënteren, moet je kunnen doorzien wat je waarneemt, moet je kunnen verklaren wat je ziet, hoort en leert, moet je je waarnemingen kunnen duiden. Vaak lukt dat niet of slechts ten dele; vaak kun je alleen een deel van een verschijnsel verklaren maar blijf je zitten met het probleem dat die verklaring niet te rijmen is met enig begrip van een ander deel van hetzelfde verschijnsel. Dan heb je last van ‘cognitieve dissonantie’. Vaak verzinnen mensen maar iets wanneer ze een verklaring nodig hebben en stellen ze zich desnoods tevreden met een erg onwaarschijnlijke uitleg. Half bewust voelde de student uit deze anekdote wel dat zijn uitleg niet erg aannemelijk was, maar wat wil je? Beter een rammelende uitleg dan geen uitleg.
Meld u aan voor De Ster nieuwsbrief (U ontvangt een bevestigingsmail)
recent commentaar